…weerpraatje…

Vooropgesteld; ieder voor zich moet weten waar ie ’n gesprek mee wil openen hoor! Maar als ik ergens ’n tering hekel aan heb is het wel gelul over het weer….

“Wat ’n weer he”, “sjonge wat ’n regen toch” of “pfff wat ’n hitte zeg. Maar ook het minder flatteuze “wat ’n kutweer” komt regelmatig ter tafel.

Hebben we niks te vertellen en moet er zo nodig toch iets uit onze roeptoeter komen, dan is het al snel het weer want dat gaat tenminste nergens over of er klopt geen ruk van.

Mij heeft het m’n leven lang geen fluit kunnen schelen. Als kind liep ik in de zomer met ’n trui aan en in de winter op blote voeten in de sneeuw, die er toen nog ouderwets vaak lag. En tot aan mijn ziekte is dat zo gebleven, behalve die sneeuw dan. Maar toen hersenpropjes m’n zuurstofhuishouding in de war schopten en ik op meerdere vlakken redelijk gestoord raakte bleek zelfs het weer z’n weerslag op mijn algehele toestand te hebben. Ik loop als ’n pengvogel, m’n linkerarm doet stompzinnig en ’n stijve nek beslaat m’n hele linker helft.

De afgelopen weken herstellend van een vette blaasontsteking en aansluitend een pijnlijke val op ’n betonvloer en wasmachine, nam de twijfel toe of het wel goed met me ging… Wat al een tijd lang minder soepel bewoog en pijnlijk was, werd amper beter waardoor ik gevangen werd door de gedachte dat het einde nu toch echt wel in zicht kwam… bij eerdere gebeurtenissen keek ik immers de dood in de ogen… en is ook vaker gebleken dat “ff niet lekker voelen” tot weer zo’n vreselijk infarct leidde.

Dus niet vreemd dat ook nu weer angst voor een nieuw herseninfarct bezit van me nam. Het dagelijks bewegen werd moeilijker en er kwamen nog wat ondefinieerbare pijnpuntjes bij.

Met name ’s nachts hielden de paniekmomenten me vreselijk uit de slaap en ik begon al een flinke lijst klusjes te noteren die af moesten zijn als ik ophield met m’n bestaan. Ik wil de zaken nou eenmaal keurig geregeld achter laten voor m’n aangetrouwde mantelzorgerinnetje.

Totdat die lieverd me op enig moment duidelijk maakte dat er niet veel anders met me aan de hand was dan last hebben van de kou! Van dat kutweer dus…

En dat blijkt wel degelijk zo te zijn… Als de kou toeslaat op mijn toch al zo zielige restanten, verstijf ik. Spieren, botten, vel en verstand komen op slag strak te staan en functioneren amper meer. Ik sta nu voor de keuze zonnepanelen leeg te zuigen met ’n dozijn verwarmingskachels of een dubbel gewatteerd Smurfenpak aan te trekken. Blauw van de kou valt dan tevens minder op.

Nou ja, pijn en ongemak wordt er niet echt minder om maar het is toch een hele geruststelling dat de elementen hier debet aan zijn en niet Pietje.

Toch maar ’n warme jas of Stoov ding aan de vlekkenbek piet vragen.